Slimmer produceren door machines die onderling communiceren

Met onze zintuigen kunnen wij waarnemen wat er om ons heen gebeurt. Stel je eens een aardbei voor. Door te ruiken, proeven, voelen en zien, komen wij tot de conclusie om welke vrucht het gaat. Dit doen machines op geconnecteerde werkplekken ook. Op geconnecteerde werkplekken werken machines en productiemedewerkers samen. Misschien klinkt het niet zo bijzonder, dat is het wel. Zij kunnen namelijk op hetzelfde niveau met elkaar communiceren.

Optimale aansturing op basis van geconnecteerde machines

De Katholieke Universiteit (KU) Leuven heeft een onderzoeksgroep die gespecialiseerd is in geconnecteerde werkplekken. Zij hebben verschillende algoritmes ontwikkeld waarmee samenwerken tussen machines en operatoren verbeterd wordt.

Wat is een operator?

Operators zijn werknemers in een fabriek die machines bedienen, waardoor de juiste bewerking op het product wordt uitgevoerd. Altijd met de doelstellingen van een producent in het achterhoofd. “Stel eenvoudig gezegd dat operator A wat langzamer is dan operator B en preciezer werkt met kleine componenten. Dan kan er gekozen worden voor operator A als precisie belangrijk is. Als er een sneller productieritme gewenst is, wordt operator B ingeschakeld. Het planningsalgoritme zorgt voor operators op de juiste plaats” zegt Kristof Driesen van KU Leuven.

Geconnecteerde werkplekken

Op geconnecteerde werkplekken zijn er machines die samenwerken. "Door met elkaar te communiceren over waarnemingen, kunnen zij slimmer produceren. Zie het als een slimme integratie die continu blijft verbeteren." Door operators en machines informatie uit te laten wisselen, kan er doelgerichter geproduceerd worden. Er kan gestuurd worden op snelheid, kwaliteit of andere doelstellingen. "Optimaal samenwerken tussen machines en operatoren, zorgt voor het beste resultaat".

Voordelen van geconnecteerde werkplekken

Groot voordeel is dat lokale data ook in een andere omgeving bruikbaar is. Zo kunnen machines en operatoren op afstand samenwerken. Kristof Driesen: "Bij grotere productieaantallen is er tijd om te testen en bij te stellen. Bij lagere oplages of stukwerk is deze tijd er niet en dient het gelijk goed te zijn. Het uitwisselen van informatie is tijdens zo’n proces erg belangrijk, vooraf of tijdens het productieproces. Zo worden fouten voorkomen en zijn er optimalisaties te maken."

Fieldlab geconnecteerde werkplekken

KU Leuven nodigt bedrijven uit om langs te komen. Ondernemers kunnen een kijkje nemen in het lab. Hier is een realistische situatie gesimuleerd en te zien wat de combinatie van data en software doet. “Bedrijven die nu deelnemen zijn voorlopers. Zij willen innoveren en zijn nieuwsgierig naar de mogelijkheden. Ook het gedrag en de mogelijkheden van operatoren zijn gemodelleerd in dit raamwerk” aldus Kristof Driesen.

Meer informatie vind je op de website van De Fabriek van de Toekomst.


Bron: De Fabriek van de Toekomst,