Peter Hobbelen van Confed Group: “Inclusief ondernemen is wel degelijk rendabel!”
Peter Hobbelen, directeur van Confed Group, staat aan het roer van een sociale onderneming waar het mixed people concept wordt toegepast. Naast het reguliere personeel neemt Hobbelen medewerkers aan met een achterstand tot de arbeidsmarkt. In Dordrecht heeft 70% van de medewerkers een arbeidsgerichte beperking en in Amersfoort 30%. De beperking kan zich lichamelijk, verstandelijk of psychisch uiten. Hobbelen werkte een groot deel van zijn loopbaan bij sociale ondernemingen en besloot zijn concept over het elektronicabedrijf Confed uit te rollen. Hier worden printplaten en bedradingssystemen ontwikkeld en geproduceerd en vindt tevens de samenbouw en eindassemblage plaats van diverse systemen zoals verkeersregelaars en melkrobots. De mensen met een achterstand tot de arbeidsmarkt werken hier overwegend in het magazijn of doen productiewerk. Hobbelen gelooft in een inclusieve samenleving en vindt dat een bedrijf een afspiegeling zou moeten zijn van de samenleving. Smart Industry Noordwest sprak hem onder andere over zijn missie, de samenwerking met het Inclusive Fieldlab Amfors en de meerwaarde van de Smart Industry Hub Noordwest.
Een sociaal en rendabel bedrijf
Hobbelen is sinds anderhalf jaar eigenaar van Confed. Daarvoor werkte hij onder andere als directeur bij een sociale werkvoorziening in het oosten van het land. Hij vertelt dat de overheid van mening was de sociale werkvoorzieningen te ontmantelen en werknemers zoveel mogelijk bij reguliere bedrijven onder te brengen. Hobbelen zat zelf op een ander spoor: “Ik heb toen gesteld dat je een deel van de mensen bij reguliere bedrijven kunt onderbrengen, omdat zij een arbeidsproductiviteit hebben waar iedere werkgever mee aan de slag wil. Werkgevers zitten echter niet te wachten op mensen met een arbeidsproductiviteit tussen de 30-60%. Dat kost namelijk teveel tijd, energie en aandacht. Ik ben van mening dat je uiteindelijk alsnog een infrastructuur nodig hebt die bij de sociale werkvoorzieningen vandaan komt. Helaas verschilden we hierin van mening en ben ik in 2010 weggegaan.”
In 2013 nam Hobbelen met een aantal andere investeerders de schoenenfabriek Emma Safety Footwear, onderdeel van een sociale werkvoorziening in Heerlen, over. Hier worden veiligheidsschoenen gefabriceerd met stalen neuzen. Hobbelen toonde hier aan dat een rendabel bedrijf met een sociale missie een prima combinatie is. Hij vertelt: “Je kunt mijn bedrijf vergelijken met deze schoenen. Het ziet er in eerste instantie normaal uit, maar dat is het niet. Deze schoen brengt bescherming tegen allerlei gevaren van buitenaf. Dat bied ik in mijn beleving binnen mijn bedrijf ook aan mijn medewerkers. Tegelijkertijd bieden wij dit ook aan onze klanten. We kunnen doen wat de klant vraagt en bieden ook een prijs en bijbehorende kwaliteit die marktconform is.”
Na een paar jaar wilde Hobbelen zijn concept over andere activiteiten uitrollen. Hij kocht in 2016 het elektronicabedrijf AssemblyPartner in Dordrecht van een sociale werkvoorziening en maakte hier een zelfstandige sociale onderneming van. Dit bedrijf werd uiteindelijk onderdeel van Confed Group, waarmee de capaciteit werd verdubbeld en de positie van Confed werd verstevigd. De directeur van Confed vertelt over zijn missie: “Ik wil aantonen dat je een netwerk van sociale ondernemingen kunt opzetten in de maakindustrie met een diversiteit aan hoogwaardige producten, waarbij je laat zien dat dit met mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt mogelijk is en dat inclusief ondernemen wel degelijk rendabel is. Er staan één miljoen mensen in Nederland aan de kant die voor een groot deel wel willen werken, maar hier niet in de gelegenheid voor worden gesteld omdat werkgevers hier niet aan willen. Deze groep mensen is echter wel extreem gemotiveerd en productief en ik wil dan ook graag het tegendeel bewijzen.”
Meer dan cijfertjes
Hobbelen legt het belang van het luisteren naar je medewerkers en de inzet op mensontwikkeling uit: “We moeten gefocust zijn op onze output, maar tegelijkertijd moeten we het samen doen. Als je niet luistert naar je omgeving, dan draai je jaren onderbezet omdat het kostprijs technisch net niet uitkomt om er extra mensen bij te zetten. Laat er overigens geen misverstand over zijn dat wij hier vrijdagmiddag wel alle spullen de deur uit moeten hebben. Maandagochtend staat hier namelijk een vrachtwagen om richting Slowakije te rijden. We willen meervoudig rendement realiseren, financieel rendement maar ook inzetten op mensontwikkeling. Als je die instelling hebt, dan merk je dit in de sfeer van het bedrijf en wordt dit snel opgepakt en overgenomen.”
Hobbelen pakt uit de binnenzak van zijn jasje een goudgekleurd kaartje. Deze draagt hij al 25 jaar bij zich: “Ik heb dit kaartje van de vicepresident van een bedrijf in Silicon Valley gekregen, waar ik in de jaren 90 voor werkte. Dit kaartje draag ik sinds die dag bij me.” Op het kaartje staat een quote van George Bernard Shaw met de tekst: ‘Some people see things as they are, and say why. I dream of things that never were, and say why not.’ Hobbelen vertelt verder: “Het gaat hier om mensen die willen begrijpen hoe de dingen zijn zoals ze zijn. Ik wil juist weten waarom dingen die er niet zijn niet zouden kunnen. Dit draag ik uit naar mijn omgeving en mijn managementteam om hen ook te vragen anders tegen de dingen aan te kijken. Als het draagvlak heeft van bovenaf dan geef je mensen in je onderneming ook de ruimte om er zo naar te kijken. Als ik hier alleen maar naar de cijfers zou kijken, dan zou mijn omgeving daar ook de hele dag mee bezig zijn.”
Samenwerking met Inclusive Fieldlab Amfors
In het Inclusive Fieldlab Amfors in Amersfoort, een van de 45 Smart Industry Fieldlabs, worden nieuwe technologieën en sociale innovaties ontwikkeld en toegepast die bijdragen aan een betere aansluiting tot de reguliere arbeidsmarkt voor mensen die hier een afstand tot hebben. In het verleden werkten het Fieldlab en Confed al samen bij het ontwikkelen van leer- en hulpmiddelen die technologisch georiënteerd zijn voor ondersteuning op de werkplek. “We willen onderzoeken of we niet opnieuw een gezamenlijk project kunnen oppakken, mogelijkerwijs in de logistiek waar we iets willen gaan doen met Google Glasses waar medewerkers via een bril instructies krijgen. Daarnaast gaat het ook om meervoudige technieken op de werkplek voor seriematige productie. De eerste gesprekken zijn gevoerd en ik sluit niet uit dat deze samenwerking de komende jaren wordt uitgebouwd”, aldus Hobbelen. Hij voorziet dat het inwerken van nieuwe medewerkers met een achterstand op de arbeidsmarkt energie en tijd kost en dat je je kunt laten ondersteunen door dergelijke hulpmiddelen: “Ik wil uiteindelijk mijn mensen gaan ontwikkelen. Er is nu een groep die alleen zakjes plakt en doosjes vouwt. Als we daar met nieuwe technologieën mensen op een ander niveau kunnen brengen, dan kunnen de mensen die nu op dat niveau zitten ook weer een niveau hoger gaan werken. Het werkt als een sneeuwbal- of domino-effect.” Confed krijgt als lid van FME, de ondernemersorganisatie voor de technologische industrie, advies waarin het om het toepassen van nieuwe technologieën, robotisering en digitalisering van het bedrijf gaat. Zo brengt Annemarie Mulder van FME Advies binnenkort een bezoek aan Hobbelen om mee te denken over welke technologieën Confed kunnen helpen en hoe medewerkers hierin meegenomen kunnen worden om de technologie uiteindelijk te omarmen.
Een combinatie van mens en robot
Op de vraag hoe Hobbelen tegen digitalisering aankijkt, is hij duidelijk. Hij is er niet bang voor dat het hele productieproces straks wordt overgenomen door robots: “We hebben nog steeds mensen nodig om in te zetten op seriematige repeterende werkzaamheden. Tegelijkertijd moet ik mijn mensen wel voor de hele eenvoudige werkzaamheden erop voorbereiden dat dit straks door een machine gedaan gaat worden. Ik moet uiteindelijk mijn mensen inzetten op complexere samenstellingen. De kunstmatige intelligentie zal de robot misschien wel zelfdenkend maken, maar dit zal nooit zonder tussenkomst van een mens kunnen. Bovendien voorzie ik dat de nieuwe industrie ook weer capaciteit zal vragen. De aankomende 20 tot 30 jaar zullen we hybride bedrijven hebben die deels door technologie en deels door mensen worden voortgebracht.”
Kennis delen en elkaar inspireren
In de toekomst wil Hobbelen het netwerk van ondernemingen in de maakindustrie verder uitbreiden. Volgens hem zitten een aantal productiebedrijven die onderdeel zijn van sociale werkvoorzieningen dichtbij hun klanten. Hij gelooft dat steeds meer klanten de overtuiging hebben om met hun productie dichterbij te blijven. Dit gaat dan met name om hoogwaardigere producten. Hobbelen ziet hierin een toekomst en wil zijn bedrijf opschalen om dit ook te kunnen realiseren. Hij hoopt over vijf jaar misschien wel twee keer zo groot te zijn als nu. Ook de Smart Industry Hub Noordwest kan hierin een rol vervullen: “Op het moment dat je de kennis gaat concentreren, hoef je niet met z’n allen het wiel uit te vinden. Als er een plek is waar nieuwe dingen gebeuren, waar innovaties verzameld worden en waar kennis met elkaar wordt gedeeld en we elkaar inspireren, dan zijn we op de goede weg. Daarnaast kun je met elkaar netwerken en elkaar zo verder helpen. Als je met een aantal gelijksoortige bedrijven kunt investeren in een grote fabriek in plaats van ieder hetzelfde te doen zonder een maximale bezettingsgraad van de machines te halen, dan hoeft niet ieder bedrijf afzonderlijk een grote investering doen en kun je dit geld investeren in je eigen mensen. Het biedt veel meer mogelijkheden wanneer je de krachten bundelt naarmate de productie complexer wordt. Het zou mooi zijn als we meer de samenwerking met elkaar zouden opzoeken.”
Bron: Smart Industry Noordwest